Innovatie in de farmaceutische healthcare: gedreven door noodzaak of technologische mogelijkheden? [impressie]

door

Leestijd: 2 minuten

Vorige week was ik op het Medische Elektronica event, georganiseerd door de Federatie van Technologiebranches, en dat bood me een interessante blik in een andere branche. Wat me daar opviel, is hoe innovatie vaak ontstaat vanuit de vraag: “Wat is er technisch mogelijk?” Er wordt met veel energie ontwikkeld en later wordt gekeken: “Wie heeft hier baat bij?” Die werkwijze zette me aan het denken over de farmaceutische sector. Waar komt innovatie hier vandaan? Wordt er ontwikkeld omdat de praktijk erom vraagt, of gebeurt het net als in de medische elektronica vanuit de mogelijkheden, waarna er een toepassing gezocht wordt?

De praktijk als startpunt

In de farmaceutische healthcare lijkt de innovatie in eerste instantie vaak vraaggestuurd. Er zijn duidelijke medische behoeften: ziektes waarvoor nog geen goede behandeling bestaat, medicatie met te veel bijwerkingen, therapieën die niet bij iedereen aanslaan. Artsen, patiënten en zorginstellingen zijn hier directe drijvers van innovatie. We zien dit terug bij zeldzame ziekten, waar patiëntenorganisaties soms zelf investeren in onderzoek om überhaupt therapieën op de radar te krijgen. Dit is een concreet voorbeeld van innovatie die voortkomt uit marktvraag en urgentie.

Tegelijkertijd speelt technologische vooruitgang een cruciale rol in de ontwikkeling van nieuwe oplossingen. Onder andere nieuwe moleculaire technieken en geavanceerde biotechnologie maken behandelingen mogelijk die we ons tien jaar geleden nog niet konden voorstellen. Dit opent deuren naar doorbraken die patiënten ten goede komen. De uitdaging is echter om ervoor te zorgen dat deze technologieën niet alleen worden ontwikkeld omdat het kán, maar dat ze ook daadwerkelijk bijdragen aan een bredere gezondheidswinst.

Van mogelijkheid naar niche

Er is een duidelijke verschuiving zichtbaar in de farmaceutische innovatie. Waar vroeger blockbusters als statines en bloeddrukmedicatie voor miljoenen mensen ontwikkeld werden, zien we nu een groeiend aantal nichemedicijnen. Gepersonaliseerde therapieën voor specifieke mutaties, dure gentherapieën en op maat gemaakte behandelingen voor microdoelgroepen. Dit is deels een positieve ontwikkeling – precisiegeneeskunde kan levens redden – maar het roept ook vragen op.

Hoeveel van deze innovaties zijn echt noodzakelijk? Hoeveel worden ontwikkeld omdat ze kúnnen, en pas later in de markt gezet? En is er niet het risico dat we te veel focussen op wat technologisch mogelijk is, en minder op breed inzetbare oplossingen die de volksgezondheid als geheel verbeteren?

Wat is de juiste balans?

Natuurlijk is er geen zwart-wit antwoord. Innovatie kan en moet deels komen vanuit technologische vooruitgang, anders blijven we stilstaan. Tegelijkertijd is het belangrijk om te zorgen dat nieuwe ontwikkelingen aansluiten bij echte behoeften in de zorg. Zowel de farmaceutische als de medische elektronica-industrie spelen hierin een sleutelrol.

Technologische innovaties kunnen enorme impact hebben – mits ze worden ontwikkeld met een scherp oog voor de eindgebruiker en de bredere zorgcontext. De vraag die we moeten stellen: hoe zorgen we dat innovatie in de farmaceutische sector zowel technologisch vooruitstrevend als maatschappelijk relevant blijft? Misschien moeten we vaker terug naar de basis: beginnen bij de werkvloer, de artsen en de patiënten, en niet alleen bij wat er in het lab mogelijk is. Innovatie is pas echt waardevol als de wereld erop zit te wachten.

Teuntje van Oss is Senior
Consultant bij Samhealth



* verplicht veld

Merck | Brand Manager Fertility

As our new Brand Manager fertility The Netherlands, you will be an integral part of our dynamic Biopharma division. In this pivotal role, you will…